Bijzondere curator in het familie- en jeugdrecht
Kennis en vaardigheden om te komen tot een weloverwogen inzet van een bijzondere curator
Er is sprake van een toenemende complexiteit van zaken op het gebied van familie- en jeugdrecht. De benoeming van een bijzondere curator ex artikel 1: 250 BW wordt steeds nadrukkelijker als optie in een procedure naar voren gebracht. Binnen de rechtspraak is hiervoor een werkproces ontwikkeld en gepubliceerd. De volgende stap is het vergroten van het bewustzijn van de mogelijkheden en de kennis en vaardigheden om te komen tot een weloverwogen inzet van een bijzondere curator.
Doel
Het doel van de cursus is het verbreden en verdiepen van kennis en vaardigheden over de inzet van de bijzondere curator in artikel 1:250 BW zaken.
Doelgroep
Deze cursus is bedoeld voor juridisch medewerkers, rechters en raadsheren.
Inhoud
Deze cursus behandelt de volgende onderwerpen:
- het verschil tussen de benoeming van een bijzondere curator in afstammingszaken en ex artikel 1:250 BW
- de ontwikkeling van het instituut van de bijzondere curator 1:250 BW en de relatie met de informele rechtsgang minderjarigen
- de rapporten van de Kinderombudsman
- de juridische (internationale) kaders en de toepassing door de rechtspraak tot heden
- de benoeming van een bijzondere curator naast de opdracht tot een Raadsonderzoek of een (lopende) ondertoezichtstelling
- de bijzondere curator als mediator
- de keuze voor een bepaalde professie: advocaat/psycholoog/pedagoog enz., wel/geen gezamenlijke benoeming van 2 bijzondere curatoren
- het werkproces benoeming bijzondere curator o.g.v. art. 1:250 BW en de praktijk (termijn rapportage, gegevensverstrekking, vraagstelling, financiering)
- de mogelijkheden van een bijzondere curator belicht vanuit de ontwikkelingsfase van een minderjarige
Opzet
De cursus bestaat uit twee dagdelen contactonderwijs op één dag. Daarnaast bereiden deelnemers de cursus voor binnen de digitale leeromgeving MIJN SSR.
Tijdens cursusdag zal gestart worden met een casus. In het eerste deel zal verder het accent liggen op de juridische aspecten en de rechtspraktijk. In het tweede deel van de dag zal vanuit de praktijk van de bijzondere curator inzicht verkregen worden in het belang van bepaalde werkprocessen en vraagstelling. De relevantie van kennis over de ontwikkelingsfase van het kind zal aandacht krijgen. Tenslotte zal worden geoefend aan de hand van praktijkcasussen.
Voorkennis
Van deelnemers aan deze cursus wordt verwacht dat zij werkzaam zijn in het familie- en jeugdrecht.