Leren in een organisatie als morele plicht

Onlangs was ik te gast in het nieuwe gebouw van de Hoge Raad. De hoge glazen ramen bieden de samenleving een heldere blik naar binnen en andersom. Volgens de architecten moest het publieksvriendelijk en intimiderend tegelijk zijn. Een ingewikkelde combinatie, lijkt mij. Wat echter op mij aldaar de meeste indruk maakt, is het kleurrijke, wandvullende schilderij dat beneden in de centrale hal hangt. En van waaruit de vroegere president van de Hoge Raad mr. Lodewijk E. Visser (president 1939-1940) toezicht houdt op de ingang van de grote zittingszaal, omringd door raadsheren, terwijl de samenleving over zijn schouders meekijkt. Een zittingszaal die eveneens zijn naam draagt.

Een uitstekende stap van de huidige Hoge Raad om het verleden onder ogen te zien en te expliciteren. Toen mr. Visser in 1940 door de Duitse bezetter werd geschorst, tekende geen van de raadsheren protest aan. Een dergelijk eerherstel van mr. Visser staat voor mij voor een Hoge Raad die eigen fouten onder ogen durft te zien. Maar die het ook belangrijk vindt om ervan te leren door die ervaringen zo’n pregnante plaats te geven in het nieuwe gebouw, in de openbare ruimten. Een moderne bedrijfsopvatting.

Wij spreken de laatste tijd vaak over de rechterlijke macht als lerende organisatie. Toen ik dat schilderij zag, bedacht ik me dat een lerende organisatie veel meer is dan een managementtool. Leren in een organisatie, en zeker in de rechterlijke organisatie, is een morele plicht. Constante morele awareness, morele vorming en morele oordeelsvorming moeten deel uitmaken van ieders gereedschapskist. Wij moeten hiervoor constant het lerend vermogen van onze eigen organisatie aanboren. Het ontwikkelen van eigen moresprudentie op basis van eigen casuïstiek vormt daarvoor een belangrijke basis.

Onze organisatie is volop in beweging. Zo hoort het ook. Een vitale rechterlijke macht is een verrijking van de samenleving. In dit complexe krachtenspel vormen de integriteit en veerkracht van onze eigen organisatie de sleutel tot een integere en professionele werkomgeving. Uiteindelijk staat deze werkomgeving borg voor wat wij de samenleving behoren te bieden. Een integere instelling binnen onze organisatie doet recht aan de mensen en de organisaties met wie en voor wie wij werken. Practise what you preach. Dat schept helderheid bij de buitenwacht en intern over wat je van de organisatie en haar medewerkers kunt verwachten.

Misschien zou het goed zijn om ook in de rechterlijke macht het zogenaamde ‘morele beraad’ op de werkvloer te introduceren; dit beraad heeft in andere omgevingen al eerder het licht gezien. Moreel beraad komt tegemoet aan de groeiende behoefte om te reflecteren op het werk. Die behoefte komt deels voort uit de toenemende verzakelijking, de hoge werkdruk, de versnippering van het werk waardoor de samenhang wegvalt en de inperking van professionele vrijheden door allerlei (beheers)systemen. Het morele beraad, het methodisch spreken over goede rechtspraak, kan op deze manier een nieuwe energiegevende impuls aan ons werk geven. SSR komt binnenkort met een bijbehorende ondersteunende agenda en bijbehorende leeractiviteiten!

Nieuwsoverzicht