Lector Corrie ter Veer: ‘Gerechten en SSR samen verantwoordelijk’

Bij alle gerechten zouden professionals zich bezig moeten houden met educatie en kennisdeling. Het gemis aan HRM-expertise maakt dat er in de gerechten geen visie voor de lange termijn ontwikkeld wordt op opleiding en ontwikkeling voor het hele personeel. Soms wordt in ‘het wilde weg’ gezocht naar opleidingsmogelijkheden en specialistische kennis, terwijl die bij SSR in huis is. Met die hartenkreet neemt Corrie ter Veer afscheid als lector civiel recht en personen- en familierecht.

Na drie jaar full-time hard werken in een adviseur- en ambassadeurrol voor SSR gaat Corrie ter Veer als senior-raadsheer terug naar het gerechtshof in Arnhem. Toen ze in 2011 als lector begon dacht ook zij bij de naam SSR nog vrijwel uitsluitend aan ‘cursussen’. Nu weet ze wel beter. De slagen die het opleidingsinstituut maakte – van wat wel eens oneerbiedig een ‘cursusfabriek’ werd genoemd tot een modern kenniscentrum – maakte ze van dichtbij mee. ‘En daarom is het zo jammer dat we al die nieuwe mogelijkheden die SSR biedt nog onvoldoende tussen de oren kunnen krijgen bij degenen voor wie we het doen: de rechterlijke macht’, aldus de scheidend lector.

Aanspreekpunten

‘Goed rechterschap behelst veel en veel meer dan uitsluitend het doorspitten van dossiers, zitting houden en vonnissen of arresten schrijven. Juridisch- inhoudelijke cursussen blijven altijd nodig. Maar iedereen wéét inmiddels dat niet alleen de aankomende rechters van de rio-opleiding maar óók de ervaren magistraten niet ontkomen aan allerlei vaardigheden en een brede kennis van onderwerpen als ethiek, statistiek, psychologie en de buitenwereld, de media inbegrepen. En we weten ook dat er veel tijd moet worden ingeruimd voor reflectie en intercollegiaal nadenken en discussiëren. Er zijn daarvoor prachtige leerlijnen opgezet, uitgeprobeerd en met succes geëvalueerd. Tóch lukt het nog niet om dat beeld van een in onderwijs gespecialiseerd kenniscentrum, op alle fronten toegespitst op hetgeen bij ZM en OM nodig is, op het netvlies te krijgen’, aldus Corrie ter Veer.

De ‘crux’ zit ’m, volgens haar, in het feit dat bij de gerechten onvoldoende professionele expertise aanwezig is op HRM-gebied en dat de collega’s die het opleidings- en educatiepakket onder hun hoede hebben verdeeld zijn over de rechtsgebieden en veelvuldig rouleren. Corrie: ‘We merken dat er nog te vaak steeds wisselende personen zijn die met SSR overleggen over hetgeen wij te bieden hebben. Dat zijn dan ofwel mensen die inhoudelijk niet weten wat rechters nodig hebben om hun werk goed te kunnen doen, ofwel personen die dat wél weten maar die niet kunnen beslissen over de financiën. Als de gerechten zelf geen visie hebben op wat hun medewerkers, en dat zijn niet alleen de rechters, nodig hebben aan opleiding dan is het voor SSR niet goed mogelijk vraag en aanbod op elkaar aan te laten sluiten.’

Organisatie

Overigens wil Corrie ter Veer niet alle ‘schuld’ bij de gerechten leggen op dit punt. ‘Ook SSR zou nog verdere stappen kunnen zetten, vooral op organisatorisch en logistiek vlak om de ‘klant’ beter van dienst te kunnen zijn. Klachten over te laat beschikbaar studiemateriaal of een inefficiënte inschrijving mogen niet meer voorkomen. Zelfs op het oog suffe, organisatorische details moeten vlekkeloos in orde zijn. Al wordt dit instituut inhoudelijk nog zo geprezen, de accommodatie, servicegerichte medewerkers en zelfs de koekjes bij de koffie blijven daarbij ook een aandachtspunt’, meent zij.

Aan haar opvolgers bij SSR, de lectoren Kim van der Kraats (civiel recht) en Gea Brands-Bottema (personen-en familierecht) wil ze dan ook vooral graag het advies geven om in hun rol als ‘liaison officers’ te blijven werken aan die verbeterpunten, zowel intern als extern. ‘Ideaal zou zijn als iedere rechter of juridisch medewerker zo gauw hij of zij een zaak digitaal opent, daarbij meteen alle relevante informatie die nodig is om over de zaak te beslissen op het scherm krijgt. SSR kan helpen bij het ontsluiten van al die kennis en het toegankelijk maken daarvan. Juist omdat wij het onderwijsvak kennen en precies weten wat de mensen bij de rechtspraak nodig hebben. Wat nu alleen nog moet gebeuren, is dat er goed op elkaar wordt afgestemd en dat zowel de gerechten als SSR de nodige maatregelen nemen om de kwaliteit van de rechtspraak doorlopend te verbeteren’, aldus de scheidend lector.

Hoewel haar tijd als lector formeel stopt blijft Corrie ter Veer betrokken bij SSR-projecten als de Zesdaagse over Oordeelsvorming en het organiseren van een bijeenkomst voor het hele gerechtshof Arnhem-Leeuwarden over intervisie en meervoudige besluitvorming. ‘Het denken en reflecteren over bijvoorbeeld oordeelsvorming in een meervoudige kamer en de valkuilen van ‘group think’ die daarbij kunnen optreden is van belang voor de Rechtspraak in het algemeen en de hoven in het bijzonder. Bij de expertise die SSR op dit gebied heeft en nog verder ontwikkelt blijf ik graag meedenken’, zo vertelt zij.

 

 

Nieuwsoverzicht