De SSR-leiderschapstraining Collectieve Bestuurskracht, waaraan alle ruim zestig bestuurders van de Rechtspraak en rechterlijke organisatie deelnemen, is een nuttig instrument om te netwerken en voor verdere persoonlijke ontwikkeling, zegt André Weimar, directeur van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak (LDCR). Maar hij vindt het ook hoog tijd dat de bestuurders gezamenlijk concrete stappen gaan zetten om de diverse plannen die er liggen daadwerkelijk te gaan uitvoeren.
Sinds begin vorig jaar zijn enkele belangrijke bedrijfsvoeringstaken van alle gerechten en andere instanties van de Rechtspraak ondergebracht bij één landelijk dienstencentrum, het LDCR. De concentratie betreft taken als financiële administratie, inkoop en gebouwbeheer, en de inning van griffierechten en proceskostenveroordelingen. Deze bundeling heeft tot doel om de bedrijfsvoering innovatiever en efficiënter te organiseren. André Weimar is sinds mei 2013 directeur van het LDCR. Vanuit die functie doet hij mee aan Collectieve Bestuurskracht.
Andere invalshoeken
Voor de eigen, persoonlijke ontwikkeling als bestuurder binnen de Rechtspraak heeft André Weimar veel baat bij de leiderschapstraining. ‘We hebben nog maar een deel van het traject doorlopen, maar ik merk nu al dat het goed is om ook vanuit andere invalshoeken dan je gewend bent te kijken naar leiderschap en besturen. Ik word er op een ander been gezet en uit mijn normale denkpatroon gehaald door de input die anderen leveren. Zo krijg ik een bredere kijk op de manier waarop ik deze interessante maar grote en moeilijke klus bij het dienstencentrum kan klaren’, aldus de directeur. Wil het LDCR succesvol kunnen zijn en de verwachtingen waarmaken, dan zullen processen binnen de hele Rechtspraak geharmoniseerd en gestandaardiseerd moeten worden, zegt André Weimar. ‘Dat is niet makkelijk nadat er jarenlang door alle gerechten en organisaties als een lappendeken is gewerkt. Het LDCR moet ervoor zorgen dat de nieuwe financieringssystemen soepel gaan lopen. Waar voorheen de gerechten zelf, als kleine ondernemingen, hun inkopen regelden of griffierechten inden, wordt dat nu centraal geregeld. Daar zullen alle betrokken bestuurders aan mee moeten werken, anders komt een centraal dienstencentrum niet goed van de grond’, meent hij.
Netwerk
De leiderschapstraining is voor hem daarbij een mooie manier om met alle bestuurders in contact te komen. ‘Het feit dat we met zoveel mensen samen zijn maakt het leggen van contacten makkelijker. Tot nu toe waren de bijeenkomsten vooral erg beschouwend. Dat is natuurlijk een prima basis om elkaar te leren kennen. Maar ik vind dat we het aan onze stand verplicht zijn om als collectief niet alleen te denken en praten, maar vooral ook samen concrete stappen te zetten. De kracht van het bestuur moet in de gezamenlijkheid zitten. Niet alleen spreken over besluitvorming en besluiten nemen, maar ook in de gezamenlijkheid deze besluiten uitvoeren. Om huidige problemen als de bezuinigingen binnen de Rechtspraak en kwaliteitsprojecten als KEI (Kwaliteit en Innovatie) en het landelijk dienstencentrum goed vorm te kunnen geven, is er méér nodig dan uitsluitend onderling commitment. Ik hoop echt dat we ook echt de gezamenlijke bestuurlijke kracht weten te ontwikkelen om onze mooie plannen voortvarend uit te voeren’, aldus Weimar.