Professie en standaarden

Steeds meer en steeds vaker duikt het begrip ‘professionele standaard’ op. Er blijkt een groeiende behoefte aan het vinden van consensus over een meetlat, een definitie, een lijst met eigenschappen waaraan ‘goede’ rechtspraak en ‘goede’ magistraten kwalitatief zouden moeten voldoen. Na het vaststellen van allerlei kwantitatieve normen de laatste jaren, zoals productienormen, licentievignetten en de tijd die magistraten aan opleiding en ontwikkeling moeten besteden, is de tijd nu duidelijk rijp voor het onthullen van de meer wezenlijke kant van onze identiteit en professie. Wat maakt een rechter of officier van justitie tot een ‘goede’ magistraat? Waar liggen onze kernwaarden? Welke kwaliteiten moet je van nature bezitten en wat kun je aanleren? Het zijn ingewikkelde en moeilijk grijpbare, deels filosofische vraagstukken over de kern van ons magistraten als persoon en van ons werk. Het gesprek daarover zal breed gevoerd moeten worden, en niet alleen met vakgenoten. De samenleving is er meer dan ooit in geïnteresseerd. 

Daan Keur, president van de rechtbank Noord-Nederland, deed die oproep ook al kort geleden. In de zoektocht naar kernwaarden kunnen en zullen wij niet uitsluitend bij onszelf als individu of als beroepsgroep, maar vooral ook bij anderen, mensen uit de binnen- en buitenwereld,  te rade moeten gaan. Wat mij betreft wordt die discussie inderdaad breed gevoerd, maar liggen er daarbij in ieder geval veel kansen voor ook een krachtig samenspel tussen OM en Rechtspraak. Zij zullen als een synergetisch team moeten opereren, met SSR als faciliterende derde.

Maar ik hoor de zwartgalligen onder ons alweer denken: Hoe vorm je zo’n team? Waren niet OM en Rechtspraak lange tijd, ook bij SSR, gewend om vooral de verschillen tussen beiden te benadrukken? Ging niet iedere vergelijking tussen het dna-profiel van een rechter en officier van justitie zodanig mank dat zij ieder hun eigen initiële opleiding kregen? Wat hiervan ook zij. Ik ben ervan overtuigd dat juist bij het zoeken naar intrinsieke, grotere waarden als integriteit en kwaliteit van de magistratuur, rechtspraak en rechtsstaat, iedere individuele rechter of officier beseft dat teamvorming met elkaar de meeste kans op succes geeft. Het gaat namelijk niet om de invulling van kwaliteitsnormen van iedere beroepsgroep apart, maar over normen, eisen en verwachtingen die het werk van beide overstijgen. En die daarbij ook nog eens, door de buitenwereld, de maatschappij, als één en ondeelbaar wordt gezien. Ik ben overigens heel blij met deze ontwikkeling, waarbij diepgravende, verdiepende onderwerpen meer tijd en aandacht kunnen krijgen dan tot nu toe.  SSR is al langer bezig met het organiseren van masters, reflectiebijeenkomsten, overlegvormen en summercourses waarin juist geen feitenkennis centraal staat, maar veeleer het samen filosoferen over de kernwaarden van magistraal werk. Onze ‘Zesdaagse’ over tal van facetten van rechterlijke oordeelsvorming is daar een mooi voorbeeld van. Lees maar na op de website. Ook in de zoektocht naar professionele standaarden voor magistraten kan er veel worden gedaan om OM en Rechtspraak samen als team te laten floreren. We zouden gesprekken kunnen organiseren over ‘magistratelijkheid’. Of bijeenkomsten beleggen waar op hoog niveau wordt gedacht en gepraat over de invulling van het begrip kwaliteit. We zullen die mogelijkheden zeker bekijken om ook aan deze gecombineerde vraag vanuit de rechterlijke macht te kunnen voldoen. Ideeën daarover zijn meer dan welkom.

Daarnaast, overigens, willen we niet de aandacht verliezen voor de verdiepingsmogelijkheden in opleiding en ontwikkeling die speciaal gericht zijn op het werk van rechters of officieren van justitie als aparte beroepsgroepen. Pas wanneer aan de specifieke en eigen kwaliteitseisen van Rechtspraak en OM is voldaan, en we daarnaast kunnen helpen aan teambuilding tussen die twee waar het gaat om het vaststellen van kwaliteitsnormen die als een paraplu boven beide groepen professionals hangt, krijgen we begrippen als ‘goede rechtspraak’ en ‘goede magistraten’ duidelijk op het netvlies. Voor het verzorgen van bijpassende opleidingen en ontwikkelingsmogelijkheden voor beginnende en ervaren leden van de rechterlijke macht draait SSR vervolgens de hand niet om. Een geruststellende gedachte toch?

Nieuwsoverzicht