Ton Hol: professoren zijn ‘trendwatchers’

‘Hoogleraren zijn belangrijke trendwatchers voor SSR. Zij kunnen signalen uit en over de rechterlijke macht oppikken en deze samen met het opleidingsinstituut vertalen in nieuwe opleidingen.’

Iedere maand interviewt SSR een professor uit het netwerk dat SSR onderhoudt onder hoogleraren. Dit keer is dat Ton Hol, hoogleraar Encyclopedie van het Recht en Rechtsfilosofie aan de universiteit Utrecht, tevens raadsheerplaatsvervanger in het gerechtshof Amsterdam en rechter-plaatsvervanger in de rechtbank Haarlem.

Professor Hol is een groot voorstander van de wisselwerking tussen de universiteiten en SSR. ‘Juist omdat alle hoogleraren in het netwerk zich bezighouden met verschillende facetten van rechtspleging en veelal zelf ook werken als rechter, raadsheer of bij het Openbaar Ministerie, zijn zij in staat problemen die leven binnen de rechterlijke macht in kaart te brengen. Zo blijkt er in toenemende mate behoefte aan meer opleidingsmogelijkheden die niet zozeer de theoretische, puur juridische kant van het werk betreffen, maar die vooral te maken hebben met praktische vaardigheden. Juist omdat het werk van de rechter tegenwoordig zozeer in de (publieke) belangstelling staat, krijgen rechters steeds meer behoefte om te werken aan hun taalbeheersing en houding. Rechters en officieren van justitie willen werken aan hun retorische vaardigheden. Ze willen hun overtuigingskracht verbeteren om partijen maar ook het grote publiek te kunnen bereiken. En ze willen goed kunnen redeneren en argumenteren. Dit is landelijk een duidelijke trend die meer aandacht moet krijgen’, meent de hoogleraar.

Behoeften concretiseren
Volgens professor Hol zal de vertaalslag van de wensen uit het veld naar masters of verdiepingscursussen door SSR niet makkelijk zijn. Hol: ‘Maar niet onmogelijk. Ik denk dat we samen, het hooglerarennetwerk en SSR, een heel eind komen om de behoeften aan onderwijs en vorming op deze punten verder te concretiseren. Ons hooglerarennetwerk bestaat inmiddels bijna twee jaar. We hebben veel nagedacht over knelpunten, zoals het nog bestaande tekort aan opleiding in vaardigheden en attitudeveranderingen. Nu is het tijd om ook iets te gaan doen. Daarbij kan en zal zeker sprake zijn van vruchtbare ontmoetingen tussen SSR en de hoogleraren. Wij, hoogleraren, kunnen verder wetenschappelijk onderzoek doen naar bepaalde onderwerpen die vanuit de praktijk tot ons komen. SSR kan daarmee concreet aan de slag bij het ontwerpen van nieuwe activiteiten, om antwoord te geven op bestaande vragen. Bovendien: de rechterlijke organisatie is in beweging. Er wordt veel van de Rechtspraak verwacht. Bij het doen van wetenschappelijk onderzoek naar de inhoud van het werk van een rechter of officier is de inbreng van de mensen die in de rechterlijke organisatie werken enorm belangrijk. Ook bij die inbreng zijn de contacten van het opleidingsinstituut van ZM en OM voor de wetenschap van onschatbare waarde.’

SSR als ontmoetingsplek
Ten aanzien van het contact tussen het netwerk en SSR is Ton Hol vooral verheugd over de functie die SSR vervult als ontmoetingsplek. ‘Natuurlijk organiseren universiteiten ook zelf congressen en conferenties waar inhoudelijke onderwerpen over het werken als magistraat centraal staan. Maar via SSR kunnen problemen, vraagstukken en aandachtspunten ook “handen en voeten” krijgen en in de praktijk “opgelost” worden. Onderzoek naar rechtspleging is niet een zaak van de wetenschap en bestuurders alléén. De praktijk, de mensen die het werk in die rechtspleging moeten uitvoeren, spelen een even grote rol. Wij zullen samen, met alle betrokkenen, vragen, verlangens, wensen en behoeften uit de rechtspleging moeten bekijken, onderzoeken en oplossen. Bij dat samenspel speelt SSR een cruciale rol.’

 

Nieuwsoverzicht